De rioolwaterzuiveringen moeten in de toekomst meer afvalwater nog beter gaan zuiveren. Er moet nog meer stikstof en fosfaat worden verwijderd, maar ook relatief nieuwe stoffen als medicijnresten en andere organische microverontreinigingen. De vraag is of we daarvoor kunnen volstaan met de huidige actiefslib-zuiveringssystemen, die zijn geënt op biologie. Moeten we niet toe naar zuiveringen die vooral gebruik maken van fysisch-chemische technieken? Daarmee kunnen naar verwachting ook meer grondstoffen worden teruggewonnen.

Op het gebied van energie- en klimaatneutraliteit hebben de waterschappen grote ambities. Om dat te bereiken moeten ze vooral hun grootste energieslurpers annex broeikasgasemitteurs aanpakken: de rioolwaterzuiveringen. Rwzi’s moeten energieleveranciers worden en de lachgas­emissies moeten worden geminima­liseerd. Vooral dat laatste lijkt een enorme klus. Maar er gloort hoop.

En dan de zuiveringen zelf. De waterschappen hebben gezamenlijk 313 zuiveringen, waarvan ongeveer de helft gerenoveerd moet worden. Dat is meer dan een likje verf. Er ligt een enorme vervangings­opgave voor de zuiveringen, die vaak aan het eind van hun levensduur zijn, of uitgebreid moeten worden. Is daar voldoende ruimte voor beschikbaar? En hebben we er de komende jaren wel voldoende mensen voor, zowel aan de waterschapskant als aan de markt-kant?

 In deze uitgave van de STOWA ter Info laten we ons licht schijnen op een aantal van deze uitdagingen. Uiteraard leest u ook welke activiteiten STOWA onder­neemt om een bijdrage te leveren aan het oplossen ervan.

Nooit meer een uitgave missen? Abonneer je op onze gratis notificatieservice!