Skip to main content Skip to main nav

Effecten van filters en warmtewisselaars op het aquatisch systeem. Een literatuurstudie

Dit rapport doet verslag van een onderzoek naar de mogelijk schade aan aquatische organismen door de warmtewisselaars en filters in installaties voor het winnen van thermische energie uit oppervlaktewater (TEO). Het onderzoek betrof een literatuurstudie naar de effecten van vergelijkbare installaties, zoals koelinstallaties. Op basis van deze studie blijkt het niet mogelijk conclusies te trekken over de mate van schadelijkheid. De onderzoekers bevelen aan om veld- en modelstudies uit te voeren om hierover meer inzicht te krijgen.

In een TEO-installatie passeert het oppervlaktewater een filter en een warmtewisselaar. Vervolgens wordt het op een lagere temperatuur weer geloosd. Kleine organismen, zoals zoöplankton en vislarven, kunnen de installatie worden ingezogen en daar door de optredende krachten en de temperatuurschok, schade ondervinden. Omdat de belangstelling voor TEO als alternatieve warmtebron sterk toeneemt, willen waterbeheerders deze mogelijke effecten en de impact op het watersysteem leren kennen.

Voor deze studie is wetenschappelijke literatuur verzameld over effecten van vergelijkbare installaties, zoals koelinstallaties. In de onderzochte literatuur ontbrak echter voldoende informatie over de kenmerken van deze installaties, waardoor het lastig is de vergelijking te maken met TEO-installaties. Wel kan men concluderen dat de effecten op populatie- en ecosysteemniveau in grote dynamische wateren mogelijk beperkt zijn. In kleine afgesloten wateren kunnen mogelijk wel grotere effecten optreden. Toepassing van een gesloten TEO-systeem, dat geen water inneemt, kan dan de voorkeur hebben.

De door de onderzoekers aanbevolen veldstudies moeten meer inzicht geven in de schade die filters en warmtewisselaars, maar ook de verschillende reinigingsmethodes, toebrengen aan organismen. Vervolgens kan men met ecologische modellen doorrekenen wat voor verschillende watertypen de mogelijke gevolgen op populatie- en ecosysteemniveau zijn.

STOWA gaat met waterschappen, Rijkswaterstaat en kennisinstellingen aan de slag om deze vragen verder te onderzoeken, zodat waterbeheerders een zorgvuldige afweging kunnen maken bij hun vergunningverlening voor deze vorm van warmtewinning.

WarmingUp

De studie werd uitgevoerd onder de vlag van WarmingUP (thema 3B, effecten aquathermie). In het collectief WarmingUP werkt een groot aantal partijen, waaronder STOWA, gezamenlijk aan toepasbare kennis voor duurzame, collectieve warmtesystemen zodat deze betrouwbaar, duurzaam en betaalbaar zijn voor de warmtetransitie.