Skip to main content Skip to main nav

Van zeefgoed naar asfalt. Ontwikkeling eerste product-marktcombinatie voor zeefgoedcellulose

Dit rapport bevat de bevindingen die zijn opgedaan in het project 'Van Zeefgoed Naar Asfalt (VAZENA)'. Het betreft een succesvolle demonstratie van een markttoepassing voor zeefgoedcellulose, namelijk als afdruipremmer in asfalt. Zeefgoedcellulose (m.n. toiletpapier) kan worden teruggewonnen op afvalwaterzuiveringsinstallaties. Dit gebeurt ook al bij enkele waterschappen. Het potentieel van cellulose kan belangrijk zijn in de transitie naar een circulaire en biobased economie.

De Nederlandse waterschappen hebben de ambitie om op duurzame wijze grondstoffen uit rioolwater terug te winnen en weer hoogwaardig in te zetten. Ze geven dit actief vorm door middel van de netwerkorganisatie De Energie- en Grondstoffenfabriek. Cellulose is één van die nog onbenutte grondstoffen in rioolwater. Cellulose in rioolwater is vooral het doorgespoelde toiletpapier.

Dit project heeft invulling gegeven aan aanbevelingen uit een eerder STOWA-onderzoek naar marktontwikkeling voor zeefgoed (STOWA 2013-21). In het project is een consortium van ketenpartijen met elkaar aan de slag gegaan om de product-marktcombinatie vorm te geven van zeefgoedcellulose naar afdruipremmer. Afdruipremmer is een celluloseproduct dat wordt toegepast in de asfaltindustrie. Het waarborgt de homogeniteit van een asfaltmix tijdens productie, transport en verwerking. De cellulose is uit rioolwater teruggewonnen, opgewerkt tot afdruipremmer en toegepast in asfalt waarmee een fietspad is aangelegd. De resultaten zijn gevalideerd conform de standaarden van de civiele sector.

De huidige en op korte termijn verwachte zeefgoedproductie op rioolwaterzuiveringsinstallaties sluit qua omvang goed aan op de omvang van de Nederlandse markt voor afdruip- remmers. Doorontwikkeling naar een keten op commerciële grondslag is mogelijk. Het vergt samenwerking van partijen, die invulling geven aan nog openstaande opgaven.

De belangrijkste voorliggende opgaven zijn vooral technisch-economisch en juridisch van aard. Deze aspecten maakten geen onderdeel van het voorliggende project.